Boeddhisten, boeren en beesten

13 maart 2018 - Sigiriya, Sri Lanka

Sta ik net onder de douche gaat de telefoon. Thuis is dat geen probleem. Laat ik 'm gewoon gaan. Bel later wel terug, denk ik dan. Maar als je in een bungalowtje in de binnenlanden van Sri Lanka staat nat te worden, dan denk je toch anders. Vooral als het een toestel aan een vaste lijn is die maar door blijft rinkelen. Wil je toch even weten wie dat kan zijn. Tenminste, ik wel.
   "Trees!!! Trees!!!" Ze hoort me niet. Zit buiten op het terras. Maar ze moet die telefoon toch wel horen! Dat ding blijft te keer gaan. "Tréééés!!!!"
Dan ga ik verdomme zelf wel. Glijdend beweeg ik me richting nachtkastje.   
  "Yes, hello". Aan de andere kant klinkt de stem van Manjula. Of ik morgen een lange broek wil aantrekken, want we gaan dan in de oude hoofdstad Polonnaruwa een aantal tempels bezoeken en dan moeten mijn benen wel goed bedekt zijn.
   Nu heb ik helemaal niks bedekt, sta te druipen op m'n blote kakkies en heb een beetje de smoor in. Maar ik begrijp zijn telefoontje wel. Een dag eerder hebben we één van de heiligste plekken van het land bezocht en toen had ik een korte broek aan.
   Het is op dat memorabele moment nog zaterdag. 's Morgens zijn we naar de oude koningsstad Anuradhapura gereden. Van de vierde eeuw vóór tot de negende eeuw ná Christus de residentie van vele Singalese vorsten. Ruïnes van tempels en paleizen vormen de tastbare herinneringen aan die bloeiperiode. Warm weer, dus goed voor een bezoek in korte broek. Petje op, wat water mee, fototoestel, meer leek me niet nodig tijdens deze trip. Trees koos spontaan voor een driekwart broek en een shirtje dat haar schouders bedekt. Heel verstandig blijkt achteraf.
   Wat we eerder wel hebben gelezen, maar inmiddels weer zijn vergeten is dat Anuradhapura ook Het Mekka is voor boeddhisten. Uit de hele wereld stromen ze er naartoe. Hun hoofddoel is de Sri Maha Bohdi , de oudste stek van de heilige bo-boom waaronder Boeddha in India verlicht is geworden.
    Het aanbeden relikwie staat op een groot terrein met daaromheen allerlei tempelgebouwen.  Op deze zaterdag is deze heilige grond bevolkt met duizenden pelgrims. Allemaal zijn ze in het wit gekleed. Sommigen zitten op het grote terrein met het gezicht naar de boom te bidden en te zingen. Anderen lopen in processie met offerschalen vol lotussen en andere bloemen naar de toegang tot de boom.  
Fascinerend om te zien. Duidelijk ook dat je er met een petje uit Vietnam en half ontblote witte staken wel heel erg uit de toon valt. Mag trouwens ook niet. Wisten we wel. Voor zulke gelegenheden hebben we ook onze Indonesische sarongs meegenomen, maar die liggen nu nog in de koffer
   Trees heeft toevallig wel de juiste kleding uitgekozen en kan na het uitdoen van haar schoenen het terrein op. Voor mij blijkt Manjula een oplossing te hebben. Uit zijn kofferbak haalt hij een soort sarong tevoorschijn die er uit ziet als een soeprok. Petje af, 'rok' over het hoofd, schoenen uit en lopen maar. 
  Dat laatste blijkt trouwens niet mee te vallen. De stenen op het terrein zijn heet, de rok vrij lang. Gewoon recht vooruit lopen gaat nog net, maar klimmen is een ander verhaal. En dat moet ik wel wil ik op het terras met het vergulde hekwerk komen, waarachter de stam van de historische boom zich bevindt.
   Achter Trees en heel veel gelovigen loop ik voorzichtig de stenen trappen naar boven op. In de ene hand houd ik mijn camera vast, met de ander trek ik mijn rok een beetje omhoog. Lang gaat het goed, maar vlak bij de bovenste trede trap ik op de zoom, verlies mijn evenwicht,  slaak een onheilige kreet en weet nog maar net te voorkomen dat ik languit tussen de biddende boeddhisten belandt. Gelukkig weet ik me verder goed staande te houden en zo de indrukwekkende bijeenkomst op foto en film vast te leggen.
   Hoe anders ziet het er zondagochtend uit. We zijn inmiddels in De Gouden Driehoek beland, in het plaatsje Sigiriya om precies te zijn, en varen in een houten catamaran over een rustig met lotusplanten en waterhyacinten bedekt meer. Einddoel is een klein dorp waar we te gast zullen zijn bij een boerengezin. De boerin staat ons al op te wachten en nodigt ons in haar kleine lemen hut uit. Binnen zitten een wat oudere man en een jonge vrouw op een bankje. Wij mogen aan de andere kant plaatsnemen. Vriendelijk zeggen we elkaar gedag, maar tot veel praten komt het niet. We spreken een andere taal.
   Onze gastvrouw nodigt Trees uit om wat kokos te raspen, waarna ze de kokosrasp in een kommetje mengt met wat chilipoeder en dat mengsel in haar piepkleine keuken op een houtskoolvuurtje even roerbakt. We krijgen het geserveerd met wat chapati's en een kop koreanderthee.
   Manjula vertelt dat het dorpje slechts acht gezinnen telt en dat hun naaste buren 300 olifanten zijn.  Dat leidt soms tot problemen. Als de olifanten op zoek gaan naar voedsel willen ze nogal eens de dorpen in hun omgeving binnendringen en alles op hun weg vernietigen. De bewoners vluchten dan in houten hutten die ze in de bomen hebben gebouwd. Na de olifantenoverval moeten ze beneden alles weer opnieuw opbouwen. 
  "Heel vervelend voor die mensen ", zegt Manjula, "maar ze  bevinden zich natuurlijk wel in het oorspronkelijke gebied van de olifanten.  En daar wordt helaas 
steeds meer vanaf geknabbeld".
   Op een houten ossenkar verlaten we het dorpje weer. Leuk om te zien, comfortabel is anders. Recht vooruit lopen blijkt voor de dieren op de hobbelige weg niet mogelijk te zijn en als we een brug naderen met links en rechts een metersdiepe afgrond doe ik maar even mijn ogen dicht. Maar we komen zonder brokken aan de overkant, waar we naar enkele tientallen meters worden ingehaald door een BMW.
   "Kijk, daar gaat het dorpshoofd", zeg ik plagerig tegen Manjula. "Is op weg naar zijn villa om zijn vrouw te vertellen dat ie ze weer verdiend heeft vandaag".
   Manjula schiet in de lach, maar laat kort daarop weten dat het toch wel even iets anders zit. Tuurlijk, die ossenkarren worden alleen nog maar gebruikt voor de toeristen.   Maar door het daarbij openstellen van hun dorp verdienen de bewoners net genoeg om te kunnen blijven leven zoals ze willen. Het bestaan is voor de meeste Sri Lankanen trouwens sober.
  "Het gemiddelde inkomen is tussen de 150 en 200 euro per maand", vertelt Manjula. 
"En daarvan moet ook nog gespaard worden voor de oude dag. Want als je niet bij de overheid werkt, krijg je geen pensioen".
 Van de hobbelige ossenkar via een luxe personenauto naar een 4wd jeep. Op safari in het Minnariya nationaal park, het is een uitstapje waar ik me erg op heb verheugd. Trots ga ik naast Trees en Manjula in de open jeep staan. Ik voel me een soort Indiana Jones, maar dan met een Vietnamees legerpetje op. 'Go man, go!!!' Het liefst zo dicht mogelijk in de buurt van wilde dieren zodat ik thuis met mijn foto's en film indruk kan maken op familie, vrienden, buren en kennissen.
   Als de jeep zich in beweging zet stoot ik zo hard met mijn rug tegen het stalen geraamte van het opgerolde dakdoek dat ik al snel besluit te gaan zitten. Soms blijven we stilstaan en kan ik me weer oprichten om de parkbewoners op beeld vast te leggen. Allerlei apen zien we onderweg, herten, reptielen en prachtige vogels. Heel veel bijzondere fladderaars. Van mij mag het snel toch wel wat wilder. Luipaarden bijvoorbeeld. Ik zie ze niet. Maar na ruim een half uur komen de eerste olifanten in beeld. Prachtig!!!
Rustig rijden we er naartoe. Ik ga staan met mijn camera in de aanslag. Maar dan gaat het mis. Ik moet ineens ontzettend plassen. Waar in godsnaam kan ik dat doen? Kan toch niet zo zijn dat ik straks met een grote olifant voor mijn neus in mijn broek sta te piesen?
  In paniek waarschuw ik Manjula. Is er ergens een veilig plekje? Dat is er. En we rijden voorzichtig weer terug. Verlost van mijn hoge nood gaan we weer het gewenste avontuur tegemoet. Hele families van die kolossale beesten kunnen we van dichtbij bekijken. Het laatste dier dat ik in beeld krijg is er één met een heel lange snuit...
   

  



   
   

Van reisblog naar fotoboek
Laat een prachtig fotoboek afdrukken van je verhalen & foto's. Al vanaf € 21,95.
reisdrukker.nl

Foto’s

12 Reacties

  1. Loek:
    13 maart 2018
    Mooi werk Leo. Is de journalistiek niet iets voor jou? Nu ja, tijdschriften dan...
  2. Ton Weinberg:
    13 maart 2018
    naturel, imposant en spannend. Go on
  3. Cornelis van Overbeek:
    13 maart 2018
    Niets menselijks is jullie ook in Sri Lanka vreemd....maar ja daarvoor ga je natuurlijk niet op vakantie.....een rinkelende telefoon op een ongelegen moment, een grote menselijke behoefte, niet gekleed naar de omstandigheden vragen/eisen, een fotocamera vergeefs in de slag....en op het moment supreme...je aandacht afgeleid voelen worden.....Ja, ja, soms wordt het bijna bovenmenselijke van jullie gevraagd, maar fascinerend is het wat jullie meemaken, zien en horen! Geniet nog met volle teugen van de e komende twee weken!!!!
  4. Erica en Lucas:
    13 maart 2018
    Weer gelezen met een lach en een traan, wat kan je mooi vertellen, geweldig! Die Ossenkar kan ik me nog goed herinneren, geen banden maar houten wielen, zit geweldig, hihi! Ik kijk uit naar je volgende verhaal. Heel veel plezier en bedankt.
  5. Nini Huigen:
    13 maart 2018
    Wat is dat weer een leuk verhaal Leo. Zo reis ik iedere keer weer een beetje met je mee. Had dat graag gezien, leo in een lange rok. Fantastisch die olifanten, maar je moet ze niet in je dorp hebben. Ik wens jullie nog heel veel reisplezier, groetjes, Nini
  6. Astrid:
    13 maart 2018
    Gaaf he dat Minnarya. Vond het zo indrukwekkend!!!!!! Geniet nog lekker verder!!! Lewuwenrots nog beklimmen??
    Lieve groet Astrid
  7. Heleen en Leen:
    13 maart 2018
    Wij genieten weer met jullie mee Wat een avontuur Je bent nog een goeie journalist Leo Je weet zo goed te vertellen veel liefs van Heleen en Leen Spaans
  8. A.J. Schild:
    13 maart 2018
    Ook wij genieten van je heerlijke verhalen.
    Groetjes Ton en Ineke
  9. José van Emmerik:
    14 maart 2018
    Hahahahaaa.....nou indruk maken op je familie, vrienden, buren en kennissen doe je al als we lezen dat je but naked druipend telefoneert en vervolgens je sarong meeneemt en in de koffer laat liggen en dan met een Vietnamees petje op in Sri-Lanka bijna met je snufferd op de keien te vallen om je vervolgens bij de olifanten je slurfje te moeten legen...nee dan ben je voor mij een held en scoor je punten...en dan had je zo gehoopt dat jij ook verlicht werd bij de Boeddha boom....!!!
    Gewoon er voor blijven gaan Leo je doet het hartstikke goed....ik ben trots op je.

    Wordt vervolgd.....

    Missbucket de rijdende reporter xxx
    Blijft toch altijd weer boeiend Hollanders in de Rimboe
  10. Annelies.:
    15 maart 2018
    Leuk hoor al die verhalen en foto's. Het is voor mij een soort herhaling. Gisteren was ik bij mijn reisgenote en we hebben foto's zitten uitzoeken voor ons reisboek Sri Lanka. Zij gaat 1 april naar India op , ja je leest het goed, tijger safari, met beroepsfotografen. Dus ik bofte haar naast mij te hebben tijdens de reis met haar camera. Zelf ben ik helemaal niet van de foto's, dus het was boffen. Straks een prachtig fotoboek en kan ik het wederom helemaal weer beleven. Nu dus ook weer met jullie verhalen.

    Blijf vooral genieten, niet vallen en ik had je nog zo gezegd, sokken mee, want de stenen in die heilige plaatsen zijn gloeiend. Maar, dat weet je nu uit eigen ervaring en die is altijd de beste.

    Verheug me alweer op de volgende avonturen.

    Liefs Lies.
  11. Nelleke onck:
    15 maart 2018
    Heerlijk weer die foto's en verslag !!!
  12. Lonneke:
    16 maart 2018
    Altijd lachen om jouw verhalen!